Blog Layout

Jan 23, 2021

Koekjesbrug

Waar de naam van de Koekjesbrug vandaan komt is niet helemaal duidelijk. Zelf vind ik de uitleg dat de brug vernoemd is naar ene meneer Pannenkoek, tuinder in de buurt van de brug, het meest aansprekend. De Koekjesbrug ligt aan het einde van de Nieuwe Passeerdersstraat, een straat met slechts twee panden. Allebei hebben ze een naam die aansluit bij die van de Koekjesbrug: de Krakeling (1978) en De Makroon (2015).

Waar nu de brug ligt, was in de eerste helft van de 17e eeuw het Passeerdersbolwerk aangelegd, toen het elfde en laatste bolwerk van de stadswal. Op het bolwerk stond onder andere de kleine Stinkmolen (formeel de Star), die eigendom was van het Zeemleerbereidersgilde. De molen werd gebruikt om gelooid leer zachter te maken door het met levertraan te bewerken. En stinken deed het zeker in de leerlooiersbuurt waar de molen stond. Rembrandt maakte een ets van de molen.

Toen de stad werd uitgebreid werd het bolwerk wat verschoven om goed aan te sluiten bij het nieuwe deel van de stadswal, en kreeg het een nieuwe naam, Bolwerk Osdorp. In 2012 is uitgebreid archeologisch onderzoek gedaan naar het bolwerk en is een stukje ervan blootgelegd (zie Amsterdams Archeologisch Rapport nr. 81).

Na de uitbreiding heeft er een paar jaar over de rand van het bolwerk, dus boven het water van de Singelgracht, een telescoop gehangen. Die was door astronoom Nicolaas Hartsoeker gemaakt om les te geven aan tsaar Peter de Grote tijdens zijn bezoek aan Amsterdam. Maar ook andere bezoekers konden door de telescoop naar de maan en de planeten kijken.

 

Tegenover het bolwerk voeren boten vanuit de Singelgracht de Pestsloot  in om mensen met een besmettelijke ziekte naar het iets verderop, buiten de stad, gelegen Pesthuis te brengen (zie afbeelding, rond 1875). Geen plek dus waar je als Amsterdammer voor je plezier naar toe ging. 


Het duurde dan ook tot 1879, toen de stad verder werd uitgebreid met de Jacob van Lennep- en Helmersbuurten, dat er op deze plek een pontje over de Singelgracht kwam, en vijf jaar later, in 1884, een houten voetbrug.  In 1892 werd de Pestsloot gedempt en werd op die plek de Bosboom Toussaintstraat aangelegd. Daarna ging het snel: in 1896 kwam er een ijzeren brug die al snel te klein werd voor het toenemende verkeer en in 1911 werd vervangen door de huidige brug. In 2007 schreef Martin Bril daarover:

 

"Het is een mooie, oude brug, en de naam vind ik ook mooi, voor een brug. Iedere keer als ik eroverheen kom, mompel ik hem even."



 


Historische afbeeldingen: Stadsarchief Amsterdam.

Share by: